Mijn lieve, kleine, slaperige nijlpaard

Slapen is mijn grootste hobby. Zeg maar gerust, veruit mijn grootste hobby. Languit gestrekt op mijn favoriete doorgelegen matras met een groot zacht kussen erboven. Heerlijk ontspannend niets doen. Alhoewel, dat niets doen is natuurlijk niet per definitie zo. Maar laten we het voor het gemak op ‘niets doen’ houden.

Vannacht werd dat ‘niets doen’ ineens bruut onderbroken door iets wat ik niet bij naam kan noemen. Als het überhaupt een naam heeft. Met mijn deken over mijn hoofd produceerde mijn mond geluiden die meer weg hadden van een drachtige nijlpaard dan van een 21-jarige slaapkop. En geloof me, de geluiden werden steeds gekker. Van een zielig gesnik tot een waar gebrul. Tot voor kort wist ik niet eens dat ik kon brullen…

Dus daar lag ik dan. Om 04:23 klaarwakker en beduusd over wat er zonet gebeurd was. Met mijn gedachten nog enigszins verzonken besefte ik maar al te goed dat ik net gedroomd had. Gedroomd, zoals vele mensen dat elke nacht doen. Normaal gesproken hou ik wel van een nachtelijke portie dromen, als ik het me later nog kan herinneren tenminste. Maar mochten alle dromen die ik verzin werkelijkheid worden, dan zou mijn leven per direct ondraaglijk worden. Ik ga niet in details treden, maar het schaamrood trekt me al naar mijn kaken bij het idee.

Enfin, het gebrul van afgelopen nacht houdt mij nog steeds weg van enige rust. Het witte plafond lijkt steeds dichter bij te komen, net als de blauwe muur waar ik stijf tegen aan lig. De dekens alweer 30 centimeter lager. Een nieuwe poging tot brullen onder mijn dekens lijkt me nou niet het meest opwindende voor de prachtige man die naast me ligt. Het schijnt zo te zijn dat dromen niet volledig onlogische hersenspinsels zijn, die enkel en alleen ‘ter opvulling’ van onze slaap dienen. Er zijn zelfs mensen die roepen dat dromen noodzakelijk is voor je lichamelijke en geestelijke welzijn.

Nou, leg mij dan nog maar eens uit wat die drachtige nijlpaard met mijn geestelijke, dan wel lichamelijke welzijn te maken heeft. Voordat ik mezelf dramatisch ga kleineren door vergelijkingen te trekken tussen mij en een drachtige nijlpaard, wacht ik geduldig af tot de tijd dat we dromen kunnen opnemen. Tot die tijd zeg ik: slaap lekker!